Dit doen wij

Drukte bij RVO: LBV-aanvragen gestaag in behandeling genomen

Geplaatst: 08-09-2023

De beëindigingsregelingen LBV+ (voor piekbelasters) en LBV (voor niet-piekbelasters) staan sinds 9 weken open. Door de verschillende aanvragen die we namens Verschel en Van Dun hebben ingediend, krijgen we een steeds beter beeld van de drukte bij RVO. Ook leren we steeds beter hoe we een voor u zo gunstig mogelijke aanvraag kunnen indienen. 

Dit doen we door bijvoorbeeld steeds vaker naar andere referentiejaren dan 2021 te kijken wanneer dit voordelen heeft voor u als klant. 

LBV+
Het goedkeuren van de aanvraag en het toekennen van subsidie gebeurt met een zogenaamde beschikking. Wanneer uw veehouderijlocatie aan alle voorwaarden voldoet, krijgt u een LBV+ beschikking. De LBV+ regeling vergoedt 120% van de ‘gecorrigeerde vervangingswaarde’ van uw stallen evenals de waarde van uw productierechten en de kosten van de sloop. De beschikkingen worden toegekend op volgorde van ontvangst van de complete aanvragen. Het is dus noodzakelijk om zo snel mogelijk de juiste informatie te verschaffen aan RVO zodat u niet buiten de boot valt. Wettelijk gezien heeft het RVO acht weken om op een complete aanvraag te reageren. Deze termijn mag eenmaal verlengd worden met acht weken. Als de aanvraag aangevuld moet worden, stopt de tijd met lopen. Het RVO heeft ons al laten weten dat zestien weken krap gaat worden. Aanmelden betekent dus geduld hebben.

LBV
Deelnemers aan de LBV moeten langer wachten op een beschikking. De LBV vergoedt 100% van de ‘gecorrigeerde vervangingswaarde’ van uw stallen en de waarde van uw productierechten. Er is besloten om de subsidiepot zo effectief mogelijk in te zetten. Dat betekent dat pas na sluiting van de inschrijfdatum in december bekend wordt welke bedrijven in aanmerking komen. Voor deelnemers aan de LBV blijft deelname dus nog even onzeker.

Verleggen referentiejaar
Om te kijken of u in aanmerking komt voor deelname aan de regelingen geldt in beginsel de stikstofdepositie op basis van het gemiddeld aantal gehouden dieren in 2021. Als referentiejaar kan ook 2019 of 2020 worden gehanteerd indien u aannemelijk kan maken dat het gemiddelde aantal in 2021 gehouden dieren niet representatief is voor de jaarlijks gemiddelde gehouden dieraantallen. Daarbij gaat het dus om de vergelijking met recente jaren, in het bijzonder 2020 en 2019. Deze bepaling maakt het mogelijk rekening te houden met bijzondere omstandigheden in de bedrijfsvoering in 2021, zoals een lager gemiddeld aantal vanwege een dierziektenuitbraak. Een referentiejaar met meer dieren hanteren zorgt ervoor dat u eerder in aanmerking komt voor deelname.

Twijfelt u of u in aanmerking komt voor een van de regelingen of wilt u weten hoe groot de subsidieomvang zal gaan zijn. Neem dan contact op met Simone Baijens, adviseur vastgoed & grondzaken bij Verschel & Van Dun, telefoonnummer 013 - 519 94 58.

Nieuws overzicht